Wat is een GBS-infectie?

Een GBS-infectie is een aandoening veroorzaakt voor besmetting met een bacterie die groep B-streptokok wordt genoemd. Vooral pasgeboren kinderen zijn kwetsbaar om deze infectie op te lopen.

Hoe wordt een GBS-infectie ook wel genoemd?

GBS is de afkorting voor groep B-streptokok bacterie. Dit is een bepaalde soort streptokok bacterie.

GBS-ziekte
Er wordt ook gesproken van GBS-ziekte in plaats van infectie. Een infectie is een ziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie of een virus.

Late-onset GBS-infectie
De meeste pasgeborenen krijgen in de eerste levensdagen klachten van de GBS-infectie. Bij een deel van de baby's ontstaan de eerste klachten pas na de eerste levensweek, dit wordt late-onset (laat ontstane) GBS-infectie genoemd. De eerste klachten van de GBS-infectie kunnen nog tot 3 maanden na de geboorte ontstaan.
Wanneer de eerste klachten pas na 3 maanden na de geboorte ontstaan wordt gesproken van een late-late-onset GBS infectie. Dit wordt gezien bij kinderen die extreem te vroeg zijn geboren (voor een zwangerschapsduur van 28 weken) of een afweerstoornis hebben.

Hoe vaak komt een GBS-infectie voor bij kinderen?

Een GBS-infectie komt ongeveer bij één op de 1000 pasgeboren voor. In Nederland krijgen gemiddeld 250 baby's per jaar te maken met een GBS-infectie.
Bij een op de drie baby's is er sprake van een late-onset GBS-infectie.

Bij wie komt een GBS-infectie voor?

Een GBS-infectie kan op alle leeftijden zowel bij kinderen als bij volwassenen voorkomen, maar wordt het meest gezien bij pasgeboren kinderen in de eerste levensdagen of levensweken. Zij kunnen hiervan ernstig ziek worden. Pasgeborenen die te vroeg geboren zijn of waarbij de vliezen van de moeder meer dan 24 uur gebroken waren voor de bevalling hebben een verhoogd risico op het krijgen van een GBS-infectie.
Wanneer grotere kinderen of volwassenen een GBS-infectie krijgen is dit meestal in de vorm van een blaasontsteking. Pas bevallen vrouwen kunnen kraamvrouwenkoorts krijgen als gevolg van infectie met de GBS-bacterie van de baarmoeder of van een wond als gevolg van een keizersnede of een totaalruptuur.
Zowel jongens als meisjes kunnen een GBS-infectie krijgen.

Wat is de oorzaak van het ontstaan van een GBS-infectie?

Besmetting met bacterie
Een GBS-infectie ontstaat wanneer de baby besmet raakt met de GBS-bacterie en het de GBS-bacterie lukt om in het lijfje van de baby terecht te komen
De GBS bacterie is een speciaal type streptokok bacterie. deze bacterie wordt ook wel hemolytische groep B streptokok genoemd. Een andere naam die gebruikt wordt voor deze bacterie is Streptococcus agalactiae. Er bestaan 10 verschillende types GBS-bacterieen: type Ia, Ib, II t/m IX. Type I1, Ib, II, III en V zijn de meest voorkomende types die een GBS-infectie veroorzaken. Type III blijkt vaker een late onset infectie te geven en een hersenvliesontsteking.

Dragerschap bij volwassenen
Een op de vijf vrouwen heeft deze bacterie bij zich in het lichaam zonder daar zelf last van te hebben. De bacterie verblijft in de darmen of in de vagina.
Het bij je dragen van deze bacterie zonder er zelf klachten van te hebben wordt dragerschap genoemd.

Besmetting tijdens de geboorte
De meest voorkomende manier waarop een baby besmet raakt met de GBS-bacterie is via de geboorte. De bacterie bevindt zich in de vagina of in de baarmoeder en wordt wanneer het kind via de vagina geboren wordt, meegegeven aan het kind. De kans dat de baby de bacterie mee krijgt tijdens de geboorte wanneer de moeder drager is van deze bacterie is 50%.

Langdurig gebroken vliezen
Wanneer de vliezen die rondom de baby zitten in de baarmoeder al enige tijd gebroken zijn, kan de bacterie ook al via de opening in de vliezen in het vruchtwater terecht komen. De ongeboren baby drinkt dit vruchtwater, waardoor deze bacterie in de darmen van de baby terecht kan komen. Ook hebben ongeboren baby's vruchtwater in hun longen, zodat de bacterie via het vruchtwater ook in de longen terecht kan komen. Hoe langer de vliezen gebroken zijn voor de baby geboren wordt, hoe groter de kans dat de baby op deze manier besmet raakt met de GBS-bacterie als er bij de zwangere sprake is van dragerschap voor de GBS-bacterie. Er wordt gesproken van langdurig gebroken vliezen wanneer de vliezen langer dan 18-24 uur voor de bevalling gebroken zijn.

Besmetting via handen
Een pasgeborene kan de bacterie ook oplopen door besmetting via handen waarop de bacterie zit.

Binnendringen in het lijfje van de baby
Tijdens de bevalling kan de bacterie op de huid en de slijmvliezen van de baby terecht komen. Hier zal een baby niet ziek van worden. Pas wanneer het de bacterie lukt om in het lijfje van de baby terecht te komen, kan de baby ziek worden als gevolg van besmetting met deze bacterie. De kans dat het de bacterie lukt om binnen te dringen in het lijfje van de baby is 1%.

Vermenigvuldigen in het kind
Wanneer het de bacterie lukt om in het lijfje van de baby terecht te komen, dan kan deze bacterie zich daar razend snel vermenigvuldigen.

Infectie in verschillende organen
Via het bloed kan de bacterie zich verspreiden naar verschillende organen en daar een infectie veroorzaken. De bacterie zorgt vaak voor een bloedvergiftiging (sepsis genoemd), een ontsteking van de longen (pneumonie genoemd) of een ontsteking van de hersenen (encefalitis) of de hersenvliezen (meningitis). Hierdoor ontstaan vaak ernstige symptomen. Combinaties van deze problemen kunnen voorkomen. Bij een late onset GBS-ziekte kan er ook sprake zijn van een infectie van het bot (artritis, osteomyelitis), de huid (cellulitis), het hart (endocarditis, myocarditis, pericarditis), de nieren (pyelonefritis) of het oog (endophtalmitis).

Onrijp afweersysteem
Het afweersysteem van baby's is nog onderontwikkeld. Hierdoor hebben baby's veel moeite om met hun eigen afweersysteem de bacterie te overwinnen. Bij te vroeg geboren kinderen is het afweersysteem nog onrijper. Dit maakt dat te vroeg geboren kinderen (geboren voor een zwangerschapsduur van 37 weken) nog kwetsbaarder zijn voor het krijgen van een GBS-infectie. Bij oudere kinderen rijpt het afweersysteem en is het afweerysteem in staat om te voorkomen dat kinderen ouder dan 12 weken en volwassenen een hele ernstige infectie krijgen.

Ontsteking van de hersenen
De bacterie kan via het bloed bij de hersenvliezen terecht komen en daar een ontsteking veroorzaken. De bacterie kan zich ook uitbreiden naar de hersenen zelf en in de hersenen zelf een ontsteking veroorzaken. Baby's met een late onset GBS-infectie hebben vaker een hersenvliesontsteking dan baby's die al vroeg klachten krijgen (30 % versus 7%). GBS bacterie type III is vaker de oorzaak van een hersenvliesontsteking dan de andere types GBS-bacterieen.
Zelden ontstaat er een abces in de hersneen.

Wat zijn de symptomen van een GBS-infectie?

Variatie
Er bestaat een grote variatie in de hoeveelheid en in de ernst van de symptomen die verschillende kinderen met een GBS-infectie hebben.

Voor de geboorte
Bij een deel van de baby's zijn er voor de geboorte al aanwijzingen voor de aanwezigheid van een infectie. De hartslag van de baby is versneld. Ook kan de hartslag van de baby tijdens een wee sterk vertraagd worden. Doordat de baby zich niet lekker voelt, kan de baby in het vruchtwater poepen. Het vruchtwater heeft hierdoor een groenige kleur. Dit wordt meconium houdend vruchtwater genoemd. Soms is er bij de moeder sprake van koorts tijdens de bevalling.

Tijdstip ontstaan klachten
Twee van de drie baby's met een GBS-infectie krijgt al in de eerste 24 uur na de geboorte klachten.

Ademhalingsproblemen
Baby's met een GBS-infectie krijgen vaak problemen met ademhalen. Ze halen heel snel adem en maken daarbij een kreunend geluid. Baby's kunnen hulpademhalingsspieren inzetten om voldoende te kunnen ademhalen, de neusvleugels bewegen op en neer tijdens de ademhaling en de spieren boven het sleutelbeen en tussen de ribben bewegen ook hen en weer (dit worden intrekkingen genoemd). Ook kunnen baby's een aantal seconden geen ademhalen, dit wordt een apneu genoemd. Vaak krijgen baby's tijdens zo'n apneu een vertraagde hartslag, dit wordt een bradycardie genoemd.

Grauwe huidskleur
Baby's met een GBS-infectie hebben vaak een grauw-bleke huidskleur. De bloeddruk is vaak laag.

Slecht drinken
Baby's met een GBS-infectie drinken vaak slecht. Kinderen pakken de borst of speen maar moeilijk en laten snel weer los. Het is vaak moeilijk om kinderen weer opnieuw aan de borst of fles te krijgen. Ook spugen baby's de voeding makkelijk weer uit omdat de voeding niet goed opgenomen wordt door het lichaam. De buik kan bol gaan staan als gevolg van aanwezig blijven deze onverteerde voeding.

Geprikkeld gedrag
Vaak laten kinderen geprikkeld gedrag zien. Kinderen huilen gemakkelijk en wat klagelijk. Het is moeilijk om deze baby’s te troosten. Vaak bewegen de baby’s onrustig. Het verschonen van de luier vinden baby’s met een GBS in de hersenen vaak heel vervelend.

Toegenomen slaperigheid
In korte tijd gaat het geprikkelde gedrag vaak over naar een toestand waarin kinderen heel sloom reageren en vrijwel de hele dag slapen. Zij worden ook niet meer wakker, ook niet als ze honger hebben. Slaperigheid kan overgaan in coma, kinderen zijn dan ook niet met sterke prikkels meer wakker te krijgen.

Slap aanvoelen
Kinderen die een GBS-infectie ontwikkelen gaan steeds slapper aanvoelen wanneer ze opgetild worden. De armen en benen vallen meteen weer slap terug wanneer ze opgetild worden.

Koorts
De lichaamstemperatuur van kinderen met een GBS-infectie gaat omhoog waardoor kinderen koorts krijgen. Er wordt gesproken van koorts als de lichaamstemperatuur boven de 38 graden komt. Er zijn ook kinderen die juist ondertemperatuur hebben, een lichaamstemperatuur onder de 36 graden.
Bij een deel van de moeders die een baby krijgen met een GBS-infectie is ook sprake van koorts bij de moeder zelf, maar dit is niet altijd het geval.

Hersenvliesontsteking
Baby's met een hersenvliesontsteking hebben vaak een bolle fontanel. Baby's raken erg geprikkeld door het verschonen van een luier, dit wordt luierpijn genoemd. Ook kunnen baby's met hun hoofd achterover willen liggen.

Epilepsie
Een groot deel van de baby's met de GBS-bacterie in de hersenen krijgt epileptische aanvallen. Vaak komen deze aanvallen in hoog tempo achter elkaar voor. Het gaat om aanvallen waarbij de armen en benen verstijven (tonische aanvallen) of aanvallen met schokken van een arm of been (clonische aanvallen) of aanvallen met wegdraaien van de ogen (focale aanvallen).
De tijd tussen ontstaan van de eerste klachten en de epileptische aanvallen is vaak kort. Wanneer de epileptische aanvallen continu achter elkaar komen, wordt gesproken van een status epilepticus.

Osteomyelitis
Een klein deel van de kinderen (geschat 5%) met een late onset GBS-ziekte krijgt een ontsteking van het bot. Vaak gaat het om het bot van het bovenarm (humerus) of boven of onderbeen (femur en tibia). Het bewegen van deze arm of dit been is pijnlijk. Vaak is er aan de buitenkant van de arm of het been niet veel bijzonders te zien, soms is de huid verdikt of rood.

Cellulitis
Een klein deel van de kinderen (geschat 4%) met een late onset GBS-ziekte krijgt een ontsteking van de huid. Vaak gaat het om de huid van het gezicht of de hals. De huid is gezwollen, ziet rood en voelt warm aan.

Hoe wordt de diagnose GBS-infectie gesteld?

Verhaal en onderzoek
Wanneer er bij ee baby sprake is van koorts, epilepsie aanvallen/of en veranderd gedrag, zal er vaak gedacht worden aan een infectie van de hersenen of een bloedvergiftiging. Er zal meer onderzoek nodig zijn om te achterhalen dat er sprake is van een GBS-infectie.

Bloedonderzoek
Bloedonderzoek laat vaak zien dat de waarde van de ontstekingsfactor CRP verhoogd is en dat er te veel ontstekingscellen in het bloed aanwezig is.

Bloedkweek
Door middel van het kweken van het bloed en het bekijken van deze kweek onder de microscoop kan worden vast gesteld dat er sprake is van een infectie met een GBS-bacterie.

Foto van de longen
Op een foto van de longen kan een diffuse witte verkleuring van de longen zichtbaar zijn. Soms is er vocht tussen de longvliezen te zien (pleura effusie).

Hersenvocht
Vaak zal bij kinderen met verdenking op een ontsteking van de hersenen een ruggenprik worden uitgevoerd om zo wat van het vocht wat rondom de hersenen en het ruggenmerg stroomt te krijgen en te onderzoeken. In het hersenvocht worden veel ontstekingscellen gevonden. Ook is de waarde van het glucosegehalte in de hersenen verlaagd en de waarde van het eiwit verhoogd. Wanneer het hersenvocht onder de microscoop wordt bekeken, kunnen hierin strepotok bacterieen worden gezien.

ECHO van de hersenen
Door middel van ECHO onderzoek gekeken worden of er zichtbare afwijkingen zijn in de hersenen die passen bij een ontsteking van de hersenen. Soms is dit wel zichtbaar bij kinderen met een GBS-infectie, maar bij een deel van de kinderen ook niet. Het is daarom aan te bevelen om ook altijd een MRI scan van de hersenen te maken.

MRI van de hersenen
Op een MRI van de hersenen zijn meer details te zien dat op een ECHO van de hersenen. Kenmerkend voor een GBS-infectie in de hersenen is dat de hersenvliezen een witte kleur hebben. Ook kunnen in de hersenen zelf tekenen van ontsteking te zien zijn.


 

EEG
Bij kinderen met het vermoeden op epilepsie kan een EEG gemaakt worden om te beoordelen of er inderdaad sprake is van epilepsie. Op het EEG is vaak te zien dat de hersenen trager werken dan gebruikelijk is voor de leeftijd. Verschillende vormen van epileptiforme activiteit kunnen voorkomen, deze afwijkingen zijn niet specifiek voor een GBS-infectie.

Foto van het bot
Bij verdeking op ontsteking van het bot, kan dit zichtbaar zijn op een foto van het bot.

Hoe wordt een GBS-infectie behandeld?

Antibiotica
Een GBS-infectie wordt behandeld door middel van antibiotica. Het is belangrijk om zo snel mogelijk te starten met antibiotica, omdat dit de kans dat de antibiotica effect gaat hebben vergroot. Daarom wordt bij zieke pasgeborenen vaak al antibiotica gegeven voordat duidelijk is dat er sprake van een infectie met een GBS. De antibiotica worden via een infuus gegeven, omdat de antibiotica zo direct in het bloed zijn werk kan doen. Vaak wordt behandeld met benzylpenicilline in combinatie met gentamycine. Wanneer er aanwijzingen zijn voor een hersenvliesontsteking en nog niet bekend is welke verwekker deze hersenvliesontsteking veroorzaakt, dan wordt vaak de combinatie van amoxicilline met cefotaxim gegeven. De antibiotica worden minstens 10 dagen gegeven, in geval van een hersenvliesontsteking14 tot 21 dagen en bij een osteomyelitis 21 tot 28 dagen.

Sondevoeding
Omdat kinderen meestal zelf niet willen drinken, krijgen zij tijdelijk voeding via een sonde. Afgekolfde borstvoeding kan prima via de sonde worden gegeven. Er bestaat ook speciale sondevoeding die gegeven kan worden.

Pijnstilling
Kinderen met een GBS-infectie krijgen vaak paracetamol om hoofdpijnklachten als gevolg van de ontsteking van de hersenen te verminderen.

Medicijnen tegen epilepsie
Kinderen met epilepsie worden vaak behandeld met medicijnen om nieuwe aanvallen te voorkomen. Soms krijgen kinderen twee keer per dag medicijnen en is dit voldoende om nieuwe aanvallen te voorkomen. Medicijnen die hiervoor gebruikt worden zijn bijvoorbeeld fenobarbital, levetiracetam of vigabatrine. Een groot deel van de kinderen heeft echter continu medicijnen via het infuus nodig om de epilepsie aanvallen te onderdrukken. Medicijnen die via het infuus gegeven worden zijn midazolam, fenytoïne of fenobarbital.

NICU
Een groot deel van de kinderen is dusdanig ziek dat zij opgenomen worden op een neonatale intensive care afdeling. Dit wordt NICU genoemd. Vaak moeten bepaalde lichaamsfuncties tijdelijk ondersteund worden, zoals de ademhaling door een beademingsmachine of het hart door middel van medicijnen.

Fysiotherapie
Een fysiotherapeut kan tijdens de herstelfase ouders tips en adviezen geven hoe ze hun kindje zo goed mogelijk kunnen stimuleren om er voor te zorgen dat de ontwikkeling zo optimaal als mogelijk verloopt.

Logopedie
Een logopediste kan tips en adviezen geven indien er problemen zijn met zuigen, drinken, kauwen of slikken. Ook kan de logopediste helpen om de spraakontwikkeling zo goed mogelijk te stimuleren.

Voorkomen GBS infectie

Handhygiene
Het is heel belangrijk dat mensen die in contact komen met een pasgeboren baby goed hun handen wassen. Sowieso geldt voor alle kinderen en volwassenen dat zij hun handen moeten wassen na bezoek aan het toilet of het aanraken van de huid in de regio van het kruis.

Antibiotica rondom de bevalling voor de zwangere
Bij zwangere vrouwen die koorts hebben rondom de bevalling (lichaamstemperatuur groter dan 38 graden), die tijdens de zwangerschap een blaasontsteking met GBS hebben gehad, die langdurige gebroken vliezen hebben of die onverwacht te vroeg bevallen in combinatie met een aangetoond GBS bacterie in de kweek of die eerder een kindje hebben gehad met een GBS-infectie wordt uit voorzorg rondom de bevalling antibiotica gegeven aan de moeder via een infuus. Zo wordt geprobeerd te voorkomen dat het kind besmet raakt met de GBS-bacterie. Het is het beste als de antibiotica minstens 4 uur voor de geboorte van de baby worden toegediend. Meestal wordt gekozen voor het antibioticum benzylpenicilline.

Screenen zwangere vrouwen
Bij zwangere vrouwen waarbij verwacht wordt dat zij wellicht te vroeg gaan bevallen of waarbij de vliezen landurig gebroken zijn en de bevalling nog niet op gang is gekomen, is het mogelijk om een kweek af te nemen van de vagina, om zo na te gaan of zij drager zijn van de GBS-bacterie. De uitslagtermijn van deze kweek is 2-3 dagen. Er bestaan tegenwoordig ook sneltesten die in staat zijn om na enkele uren aan te geven of er sprake is van GBS-dragerschap.
In Nederland is er voor gekozen om niet standaard alle zwangere vrouwen aan het eind van de zwangerschap te screenen op voorkomen van de GBS-bacterie.

Antibiotica tijdens de zwangerschap niet zinvol
Soms wordt aan de hand van een urineweginfectie of vaginale afscheiding tijdens de zwangerschap vast gesteld dat er sprake is van een GBS-dragerschap. Het kan zijn dat de zwangere zelf een behandeling met antibiotica nodig heeft, maar deze antibiotica helpt niet om het dragerschap ongedaan te maken. Vaak is de GBS-bacterie enige tijd na staken van de antibioticakuur opnieuw aantoonbaar in de darmen of in de vagina.

Keizersnede voorkomt GBS-infectie niet
Het heeft geen meerwaarde om een keizersnede te verrichten met als doel om daarmee GBS-infectie bij het kind te kunnen voorkomen. De baby kan alsnog de GBS-ziekte krijgen.

Observatie na de geboorte
Baby's die geboren worden nadat de vliezen langdurig gebroken waren, waarbij er geen informatie is of de moeder draagster is van de GBS bacterie worden in elk geval de eerste 24-48 uur in het ziekenhuis geobserveerd, om te kijken of er aanwijzingen zijn dat de baby klachten krijgt als gevolg van een GBS-infectie.

Antibiotica uit voorzorg voor de baby
Wanneer de moeder koorts heeft (lichaamstemperatuur groter dan 38 graden) de bevalling, zal uit voorzorg antibiotica aan de pasgeboren baby worden gegeven gedurende enkele dagen, totdat er meer duidelijkheid is of er sprake is van een infectie bij de baby of een dragerschap voor de GBS bacterie bij de moeder.

Borstvoeding
Moeders die drager zijn van een GBS-bacterie kunnen normaal borstvoeding geven.

Vaccinatie
Er wordt onderzoek verricht of het mogelijk is om zwangere vrouwen te vaccineren tegen GBS.

Begeleiding
Een maatschappelijk werkende of psycholoog kan ouders begeleiding geven in alle hevige emoties die komen kijken wanneer een kind plotseling ernstig ziek wordt als gevolg van een GBS-infectie.

Contact met andere ouders
Door middel van een oproepje op het forum van deze site kunt u proberen in contact te komen met andere kinderen en hun ouders/verzorgers die ook te maken hebben (gehad) met een GBS-infectie.

Wat betekent het hebben van een GBS-infectie voor de toekomst?

Volledig herstellen
Een deel van de kinderen herstelt met behulp van antibiotica volledig van het doormaken van een GBS-infectie in de loop van enkele weken. Kinderen die snel na het ontstaan van de infectie herstellen, hebben een grotere kans om volledig te herstellen.

Terugkeer van de infectie
Zelden krijgt een baby nog een keer een GBS-infectie (geschat 1-6% van de baby's). Vooral baby's die te vroeg geboren zijn en op een NICU verblijven hebben een verhoogd risico om nog een keer een GBS-infectie te krijgen.

Restverschijnselen
Een ander deel van de kinderen houdt restverschijnselen over als gevolg van het doormaken van een GBS-infectie. Dit betreft vooral kinderen die een hersenvliesonsteking hebben gehad. De helft van de kinderen die een hersenvliesontsteking heeft gehad, houdt hier rest verschijnselen aan over.
De hersenen hebben dan schade op gelopen als gevolg van de infectie.Gebieden die schade hebben opgelopen, kunnen minder goed functioneren. Hierdoor kunnen problemen ontstaan met bewegen, met voelen, met praten, met zien, met horen, met nadenken of met leren. Deze problemen worden ook wel cerebrale parese genoemd. Dit is niet altijd meteen duidelijk, omdat de meeste kinderen nog maar jong zijn als zij de infectie krijgen en dan nog niet kunnen lopen en praten. Met het ouder worden wordt dan duidelijk dat kinderen hier problemen mee hebben. Een deel van de kinderen houdt last van epilepsieaanvallen.
Kinderen die een longontsteking hebben gehad als gevolg van de GBS-infectie blijven in hun eerste levensjaren vaak kwetsbaar voor het krijgen van luchtweginfecties. Ook hebben zij een verhoogde kans op de longziekte PPHN.

Overlijden
GBS-infectie is een ernstige aandoening, waar helaas ook kinderen aan komen te overlijden. Ongeveer één op de 20 kinderen met een GBS-infectie komt te overlijden als gevolg van de infectie.

Hebben broertjes en zusjes ook een verhoogde kans om ook een GBS-infectie te krijgen?

Wanneer de moeder drager is van de GBS-bacterie dan hebben toekomstige broertjes en zusjes die nog geboren moeten worden een verhoogde kans om ook zelf GBS-ziekte te krijgen. Dit is een indicatie om antibiotica te krijgen via een infuus tijdens een volgende bevalling. Dit houdt wel in dat de bevalling in het ziekenhuis moet plaats vinden. Vaak is het wel mogelijk dat de bevalling in het ziekenhuis begeleid wordt door de verloskundige.

Referenties

  1. Risk of Early-Onset Neonatal Group B Streptococcal Disease With Maternal Colonization Worldwide: Systematic Review and Meta-analyses. Russell NJ, Seale AC, O'Sullivan C, Le Doare K, Heath PT, Lawn JE, Bartlett L, Cutland C, Gravett M, Ip M, Madhi SA, Rubens CE, Saha SK, Schrag S, Sobanjo-Ter Meulen A, Vekemans J, Baker CJ. Clin Infect Dis. 2017;65:S152-S159
  2. Neurodevelopmental Impairment in Children After Group B Streptococcal Disease Worldwide: Systematic Review and Meta-analyses. Kohli-Lynch M, Russell NJ, Seale AC, Dangor Z, Tann CJ, Baker CJ, Bartlett L, Cutland C, Gravett MG, Heath PT, Ip M, Le Doare K, Madhi SA, Rubens CE, Saha SK, Schrag S, Sobanjo-Ter Meulen A, Vekemans J, O'Sullivan C, Nakwa F, Ben Hamouda H, Soua H, Giorgakoudi K, Ladhani S, Lamagni T, Rattue H, Trotter C, Lawn JE. Clin Infect Dis. 2017;65:S190-S199
  3. Selective or universal screening for GBS in pregnancy (review). Brown AP, Denison FC. Early Hum Dev. 2018;126:18-2
  4. Management of Infants at Risk for Group B Streptococcal Disease. Puopolo KM, Lynfield R, Cummings JJ; Pediatrics. 2019;144:e20191881
  5. Vaccines for maternal immunization against Group B Streptococcus disease: WHO perspectives on case ascertainment and case definitions. Seale AC, Baker CJ, Berkley JA, Madhi SA, Ordi J, Saha SK, Schrag SJ, Sobanjo-Ter Meulen A, Vekemans J. Vaccine. 2019;37:4877-4885.
  6. Serocorrelates of protection against infant group B streptococcus disease. Le Doare K, Kampmann B, Vekemans J, Heath PT, Goldblatt D, Nahm MH, Baker C, Edwards MS, Kwatra G, Andrews N, Madhi SA, Ter Meulen AS, Anderson AS, Corsaro B, Fischer P, Gorringe A. Lancet Infect Dis. 2019;19:e162-e171.

Wilt u ook uw verhaal kwijt, dat kan: verhalen kunnen gemaild worden via info@kinderneurologie.eu en zullen daarna zo spoedig mogelijk op de site worden geplaatst. Voor meer informatie zie hier.

Links

OBGS
(Oudergroep van ouders met een kind met GBS-ziekte)
Hersenstichting
(Nederlanse stichting voor mensen met een hersenziekte)
Meningitis stichting
(Nederlanse stichting voor mensen die een ontsteking van de hersenvliezen of hersenen hebben meegemaakt)

Laatst bijgewerkt: 28 oktober 2020

Auteur: JH Schieving