Wat is een spasticiteit?

Een spasticiteit is een bewegingsstoornis waarbij de spanning in de spieren te hoog is, waardoor de spieren stijf zijn en niet soepel bewegen.

Hoe wordt een spasticiteit ook wel genoemd?

Naast spasticiteit worden ook wel de woorden spastisch en spasme gebruikt.

Hypertonie
Hypertonie is een ander medisch woord voor een verhoogde spanning in de spieren. Hypertonie kan veroorzaakt worden door spasticiteit maar ook door dystonie.

Hemiplegie, tetraplegie, paraplegie
Hemiplegie is het medische woord wat gebruikt wordt voor verminderde kracht en vaardigheid als gevolg van spasticiteit van een arm en/of been aan een kant van het lichaam. Tetraplegie geeft aan dat er sprake is van verminderde kracht en vaardigheid als gevolg van spasticiteit van beide armen en benen. Ook wordt hiervoor de term quadriplegie wel gebruikt. Paraplegie geeft aan dat er sprake is van verminderde kracht en vaardigheid als gevolg van spasticiteit van beide benen.
Tegenwoordig worden deze woorden minder vaak gebruikt. Er wordt dan gesproken van unilateraal wanneer de klachten aan een kant van het lichaam voorkomen en van bilateraal wanneer de klachten aan beide kanten van het lichaam voorkomen.



Bewegingsstoornis
Spasticiteit valt onder de groep van de bewegingsstoornissen. Andere bewegingsstoornissen zijn bijvoorbeeld dystonie (een afwijkende stand van een lichaamsdeel), myoclonieën (korte schokjes in een lichaamsdeel), tremor (een ritmische beweging van een lichaamsdeel), tics (onbedoelde snelle bewegingen die onderdrukt kunnen worden) en ataxie (problemen met bewaren van het evenwicht.

Hoe vaak komen spasticiteit voor?

Het is niet goed bekend hoe vaak een spasticiteit bij kinderen of bij volwassenen voorkomen. Het is na tics een van de meest voorkomende bewegingsstoornissen bij kinderen en volwassenen.

Bij wie komt spasticiteit voor?

Spasticiteit kan op elke leeftijd voorkomen, zowel bij kinderen en volwassenen. Op jonge leeftijd zijn kinderen die later spastisch worden vaak slap door een te lage spierspanning. In de loop van het eerst levensjaar ontstaat meestal geleidelijk aan de verhoogde spierspanning als gevolg van de spasticiteit.
Zowel meisjes als jongens, vrouwen als mannen kunnen spasticiteit krijgen.

Wat is de oorzaak van het ontstaan van spasticiteit?

Piramidebaan
Spasticiteit ontstaat wanneer een belangrijke baan van de hersenen naar het ruggenmerg zijn werk niet goed kan doen. Deze baan wordt de piramidebaan genoemd. De piramidebaan kan niet goed aangelegd zijn of op latere leeftijd beschadigd raken.

Niet goed aangelegd zijn van de piramidebaan
Het niet goed aangelegd zijn van de piramidebaan wordt vaak gezien bij kinderen die een syndroom hebben als gevolg van een verandering in het DNA of het doormaken van een infectie in de eerste weken van de zwangerschap.

Beschadiging piramidebaan
De piramidebaan kan door zeer veel verschillende oorzaken beschadigd worden. Veel voorkomende oorzaken zijn: zuurstofgebrek tijdens de zwangerschap of geboorte, infectie van de hersenen, een hersenbloedingeen herseninfarcthersenkneuzing als gevolg van een ongevaleen hersentumorontsteking in de hersenen als gevolg van een auto-immuunziekte, een stofwisselingsziekte of schade als gevolg van een foutje in het DNA.

Overactieve zenuw
De piramidebaan stuurt in het ruggenmerg een zenuwcel aan, die op zijn beurt zorgt dat de spier aanspant. Omdat de piramidebaan niet goed werkt,. wordt deze zenuwcel overactief. De zenuwcel zorgt er voor dat de spier de hele tijd aanspant en waardoor een te hoge spierspanning in de spier ontstaat.

Verkorting van de spieren
Als gevolg van de hoge spierspanning, staan de spieren voortdurend in een verkorte stand. De spieren worden hierdoor ook korter en kunnen niet meer gemakkelijker langer worden gemaakt. Ook de pezen die aan de spieren vast zitten veranderen van vorm, sommige pezen raken ook verkort, andere worden juist uitgerekt.

Ontstaan spastisch bewegingspatroon
Door de verhoogde spierspanning, verkorting de spieren die hier mee te maken hebben. Hierdoor kunnen de spieren minder goed kracht leveren en minder gevoelig worden aangestuurd. Door vermindede beweeglijkheid van gewrichten kunnen gewrichten gaan vastgroeien. Kinderen met spasticiteit gaan andere spieren aanspannen om te compenseren. Als deze veranderingen bij elkaar maken dat een spastisch bewegingspatroon ontstaat.

Welke symptomen veroorzaken spasticiteit?

Hoge spierspanning
Kinderen die last hebben van spasticiteit hebben een hoge spierspanning in de armen en/of benen. De armen en benen voelen stijf aan wanneer ze bewogen worden. Hoe sneller de beweging, hoe stijver de arm of het been beweegt.

Tenenloop
Spasticiteit in de benen zorgt er voor dat kinderen tijdens het lopen niet eerst de hak neerzetten tijdens het lopen, maar de voorkant van de voet of zelfs alleen de tenen. Als gevolg van spasticiteit kunnen kinderen op de tenen gaan lopen.

Benen voor elkaar langs kruizen
Ook hebben benen met spasticiteit de neiging om voor elkaar langs te kruizen. Kinderen zetten hun voeten naar binnen gedraaid neer. Deze manier van lopen maakt dat kinderen gemakkelijker kunnen vallen. Door stijfheid in de heupen moeten kinderen meer met hun heupen bewegen om de benen naar voren toe te bewegen.

Naar buiten draaien van het been
Wanneer een been spasticiteit heeft waardoor het kind met dat been op de tenen staan en het andere been een normale spierspanning heeft, dan zullen kinderen het spastische been met een kleine zwaai buitenlangs naar voren toe brengen om te kunnen lopen. Het been is door de stand op de tenen namelijk langer geworden waardoor kinderen het been niet recht naar voren toe kunnen brengen. Dit met een zwaai naar voren brengen van de benen wordt ook wel circumductie genoemd.

Arm in een gebogen stand
Spasticiteit in de armen zorgt er voor dat de arm in een gebogen stand gaat staan. Kinderen kunnen de arm maar moeilijk recht krijgen.

Hand in een vuist
Een hand met spasticiteit wordt vaak in een vuist gehouden. Het is voor kinderen lastig deze vuist te openen en de vingers recht te maken. Hierdoor is het voor kinderen heel lastig om met deze hand bijvoorbeeld te schrijven, een knoop open te maken of een sleutel in een slot te steken.

Onhandigheid
Spasticiteit zorgt er voor dat de bewegingen minder soepel kunnen worden uitgevoerd. Hierdoor gaat het bewegen minder snel en soepel en zijn kinderen onhandiger. Spasticiteit in de benen kan er voor zorgen dat kinderen gemakkelijker kunnen vallen. Snel bewegen is vaak heel lastig voor kinderen met spasticiteit. Kinderen kunnen dus ook niet snel reageren wanneer ze bijvoorbeeld een duw krijgen.

Spreken
Spasticiteit van de spieren in het gezicht kan zorgen voor een veranderde manier van spreken. De spraak klinkt zogenaamd geknepen.

Kauwen en slikken
Spasticiteit van de spieren in het gezicht kan ook zorgen voor problemen met kauwen en met slikken. Kinderen kunnen moeite hebben met kauwen en zich gemakkelijker verslikken.

Spasme
Soms raakt de spierspanning tijdelijk nog hoger. Dit wordt een spasme genoemd. Hierdoor is de spierspanning tijdelijk nog hoger. Een spasme kan pijnlijk zijn voor kinderen. Spasmes kunnen ontstaan door koude, door koorts of door ziek zijn.

Clonus
Als gevolg van spasticiteit kunnen bepaalde reflexen in het lichaam heel gemakkelijk opgewerkt worden. Dit is bijvoorbeeld te zien bij neurologisch onderzoek wanneer de reflexen opgewekt worden door middel van een reflexhamer. Vooral bij de enkel wordt dan gezien dat het een keer opwekken van een reflex er voor zorgt dat telkens opnieuw de reflex wordt uitgelokt. Dit wordt een enkelclonus genoemd. Dit kan ook spontaan ontstaan zonder dat er sprake is van een neurologisch onderzoek. De enkel kan dan spontaan heen en weer schokken.

Contractuur
Wanneer het been voortdurend in een gestrekte stand op de tenen staan en/of de arm in een gebogen stand staat, dan kunnen gewrichten zoals de enkel of de pols of elleboog vast gaan groeien waardoor ze minder makkelijk bewogen kunnen worden. Dit wordt een contractuur genoemd. Deze vastzittende gewrichten beperken ook de bewegingsmogelijkheden. Ook kunnen vastzittende gewrichten zorgen voor een veranderde stand van bijvoorbeeld de voeten of de handen.

Gewricht uit de kom
De spasticiteit maakt het ook mogelijk dat bepaalde gewrichten uit de kom schieten. Een gewricht waarbij dit kan gebeuren is het heupgewricht.

Pijnklachten
Verkorting van de spieren, rek op pezen en een veranderde stand van gewrichten kan zorgen voor het ontstaan van pijnklachten.

Andere bewegingsproblemen
Kinderen die last hebben van spasticiteit hebben vaak ook andere bewegingsproblemen zoals dystonie, tics, myoclonieën of ataxie. Dit hangt sterk samen met de oorzaak van het ontstaan van de spasticiteit.

Vermoeidheid
Het bewegen van stijve spieren kost veel energie. Daardoor is de energievoorraad van kinderen met spasticiteit sneller op en zijn zij sneller vermoeid.

Hoe wordt de diagnose spasticiteit gesteld?

Verhaal en onderzoek
Aan de hand van het verhaal van een kind of een volwassene die last heeft spierstijfheid die toeneemt bij sneller bewegen kan de diagnose spasticiteit worden gesteld.
Wanneer onduidelijk is wat de oorzaak is van de spasticiteit kan aanvullend onderzoek nodig zijn om de oorzaak te achterhalen.

Schalen
Er bestaan verschillende schalen waarmee de mate van spasticiteit kan worden vastgelegd. Een veel gebruikte schaal is de modified Asworth Scale.

0

Normale spierspanning

1

Licht verhoogde spierspanning, catch voelbaar of eindstandige weerstand

2

Licht verhoogde spierspanning, catch en weerstand of minstens de helft van het bewegingstraject

3

Verhoogde spierspanning, weerstand voelbaar over gehele bewegingstraject

4

Verhoogde spierspanning, kracht is nodig om weerstand in bewegingstraject te overwinnen

5

Sterk verhoogde spierspanning, ledemaat kan niet meer bewogen worden

MRI hersenen of ruggenmerg
Met behulp van een MRI scan van de hersenen en/of van het ruggenmerg kan beoordeeld worden of er sprake is van schade van de piramidebaan. Ook kan gekeken worden wat de oorzaak is van deze schade. Het niet goed aangelegd zijn van de piramidebaan kan ook zichtbaar zijn op een MRI scan. Speciale technieken zoals bijvoorbeeld fibre tracking kunnen hierbij behulpzaam zijn.

DNA onderzoek
Wanneer er geen sprake is van zichtbare schade op de MRI scan en er gedacht wordt aan een fout in het DNA, dan kan door middel van bloedonderzoek gezocht worden naar een fout in het DNA die kan zorgen voor het niet goed werken van de piramidebaan. Tegenwoordig wordt vaak een onderzoek ingezet waarbij in een keer verschillende foutjes in het DNA die kunnen zorgen voor het ontstaan van spasticiteit onderzocht.

Stofwisselingsonderzoek
Door middel van bloed en urine onderzoek kan gekeken worden of er aanwijzingen zijn voor en stofwisselingsziekte.

Hersenvocht
Door middel van een ruggenprik kan onderzoek verricht worden van het hersenvocht. Zo is het glucose gehalte te laag bij kinderen met een GLUT1-deficientie syndroom.

Oogarts
De oogarts kan door middel van onderzoek van het oog soms een aanwijzingen vinden wat de oorzaak is van de spasticiteit.

Hoe wordt een spasticiteit behandeld?

Behandeling onderliggende aandoening
Wanneer het mogelijk is, zal een behandeling gestart worden voor de onderliggende aandoening die de oorzaak is van spasticiteit. Auto-immuunaandoeningen kunnen worden behandeling met prednison, een infectie van de hersenen behandeld met antibiotica of antivirale medicijnen en voor sommige stofwisselingsziekten bestaat ook een behandeling.
Helaas bestaat niet voor alle aandoeningen die spasticiteit veroorzaken een behandeling.

Blijven bewegen
Het is voor kinderen met spasticiteit belangrijk om in beweging te blijven. Bewegen zorgt er voor dat de spieren in een goede conditie blijven en op lengte blijven.

Op lengte houden van de spieren
Door de spierstijfheid en de spierzwakte hebben de spieren de neiging om steeds korter te worden. Hierdoor wordt lopen en bewegen nog lastiger. Het is dus belangrijk om te proberen de spieren van de benen op hun normale lengte te houden. Het regelmatig rekken van de spieren kan helpen om de spieren op de juiste lengte te houden. Spalken kunnen ook behulpzaam zijn om de spieren te rekken en daarmee op lengte te houden.

Fysiotherapie
Een fysiotherapeut kan adviezen geven met welke oefeningen kinderen en/of hun ouders kunnen zorgen dat de spieren zo min mogelijk verkorten en op lengte blijven.
Ook kan de fysiotherapeut adviezen geven hoe kinderen zo goed mogelijk kunnen bewegen ondanks de spasticiteit. Extra krachttraining of extra conditietraining boven op normaal bewegen hebben geen meerwaarde voor verminderen van spasticiteit. Wel zorgt krachttraining voor sterkere spieren en kan het op die manier wel voordelen hebben. Ook de balans en de snelheid van bewegen kan hiervoor verbeteren. Een goede houding tijdens liggen, zitten, staan en lopen kan helpen om minder last te hebben van spasticiteit.

Ergotherapie
Een ergotherapeut kan adviezen geven hoe kinderen allerlei dagelijks activiteiten ondanks de spasticiteit zo goed mogelijk kunnen uitvoeren. Soms kunnen hulpmiddelen behulpzaam zijn om bepaalde activiteiten beter uit te kunnen voeren. Zo kan schrijven met een verdikte pen makkelijker zijn dan met een dunne pen.

Logopedie
De logopediste kan advies geven wanneer er problemen zijn met drinken, slikken of eten. Soms kan een speciale speen (special need speen) helpen om drinken gemakkelijker te maken.
Het kan helpen om voeding fijn te snijden of fijn te malen. Een goede houding aan tafel kan slikken makkelijker maken.
Een logopediste kan helpen om de spraakontwikkeling zo goed mogelijk te stimuleren. Door middel van oefeningen kunnen de spieren rondom de mond getraind worden.
Praten kan ook ondersteund worden door middel van gebaren of pictogrammen. Op die manier kunnen kinderen zich leren uitdrukken ook als ze geen woorden kunnen gebruiken of moeilijk verstaanbaar zijn. Sommige kinderen hebben baat bij een spraakcomputer.

Revalidatiearts
Ook een revalidatiearts geeft adviezen hoe kinderen met spasticiteit zo goed mogelijk kunnen bewegen. Een revalidatiearts kan ook adviezen geven over steunzolen, aangepaste schoenen, spalken (ook wel orthesen genoemd), een rollator of een rolstoel die het bewegen beter kunnen maken. Zo kan een enkel-voetorthese zorgen voor een beter looppatroon en het verbeteren van de lengte van de spieren en de pezen in de kuit. Een goede stoel waar kinderen goed in kunnen zitten, kan spasticiteit aan de armen verminderen.

Teambehandeling
Bij kinderen met ernstige spasticiteit wordt vaak in een team waarin meerdere dokters en therapeuten werken bekeken wat de beste behandeling voor de spasticiteit van dit kind naast de bovengenoemde maatregelen. Er bestaan verschillende mogelijkheden, er kan gekozen worden voor een behandeling die alleen op een bepaalde plaats werkt (lokale behandeling) of een behandeling die in het hele lichaam werkt. Sommige behandeling hebben tijdelijk effect, andere behandeling hebben permanent effect. Afhankelijk van de leeftijd van het kind, de oorzaak van de spasticiteit en specifieke kenmerken van het kind zal een op maat gemaakt behandelplan worden gemaakt.

Tijdstip inzetten behandeling
Ook bepaalt de leeftijd van het kind op moment dat een behandeling nodig is, welke behandeling het meest geschikt is. Bij jonge kinderen is fysiotherapie het meest geschikt gevolgd door spalken en gipsbehandeling. Vanaf de leeftijd van 4 jaar kunnen behandelingen zoals selectieve dorsale rhizotomie of intrathecale baclofen worden overwogen. Orthopedische operaties waarbij de stand van de gewrichten wordt veranderd worden pas vanaf de leeftijd van 10 jaar overwogen.

Spalken
Door middel van spalken wordt geprobeerd te zorgen dat de stand van de benen zo optimaal mogelijk is, om zo goed mogelijk te kunnen bewegen. Een spalk wordt ook wel een orthese genoemd. Er bestaan verschillende soorten ortheses, zoals een enkel-voet orthese (EVO genoemd). Een enkel voet orthese kan vast of dynamisch zijn met een scharnier. Er bestaat ook orthese voor afwijkende standen van de hand. Ortheses worden vaak vanaf de leeftijd van 3 jaar ingezet.

Gipsbehandeling
Door middel van gipsbehandeling gedurende een aantal weken of maanden kan geprobeerd worden verkorte spieren weer langer te maken.

Botuline toxine
Wanneer er sprake is van hinderlijke spasticiteit in een bepaalde spiergroep in het lichaam, dan is het mogelijk deze spasticiteit te verminderen voor de duur van een aantal maanden (gemiddeld 3 maanden) door injecties met zogenaamde botuline toxine A. Deze injecties worden bij jonge kinderen vaak onder narcose gegeven. De injecties zorgen er voor dat de verhoogde spierspanning voor de duur van een aantal maanden lager is. In deze maanden kan door middel van fysiotherapie en/of spalken er voor gezorgd worden dat de spieren versterkt worden en minder verkort raken. Het is mogelijk deze injecties een aantal maal te herhalen.

Fenolisatie
Het is ook mogelijk om door middel van een injectie met fenol te zorgen dat de zenuwen minder goed in staat zijn om de spieren aan te laten spannen. Het effect van deze behandeling houdt 5-6 maanden aan.

Medicijnen
Er bestaan medicijnen die spasticiteit kunnen verminderen. Het meest gebruikte medicijn is baclofen. Nadeel aan het gebruik van medicijnen is, dat zij overal in het lichaam hun werking hebben, ook op plaatsen waar bijvoorbeeld niet gewenst is dat de spierspanning lager is. Een deel van de kinderen die last heeft van spasticiteit heeft een verlaagde spierspanning in de nekspieren. Hierdoor moeten kinderen meer moeite doen om hun hoofd overeind te houden. Het geven van baclofen voor verlagen van spierspanning in bijvoorbeeld de armen, kan dan als nadeel hebben dat de spieren van de nek nog slapper worden.
Ook heeft het gebruik van baclofen andere bijwerkingen, een van de meest voorkomende bijwerkingen is een slaperig gevoel.
Naast baclofen kunnen ook andere medicijnen gebruikt worden om spasticiteit te verminderen zoals diazepam (Valium ®), tizanide (Sirdalud®), dantroleen (Dantrium®), clonidine (Dixarit®), gabapetine (Neurontin®) en pregabaline (Lyrica®)

Baclofenpomp
Het is ook mogelijk om baclofen toe te dienen via een pompje onder de huid van de buik die de baclofen stuurt naar het vocht rondom het ruggenmerg. De baclofen komt dan meteen op de plaats aan waar het zijn werk moet doen. De plaats waar het slangetje in het ruggenmerg binnenkomt, bepaalt of de spasticiteit vermindert in de benen of ook in de armen. Op deze manier kunnen lagere doseringen baclofen worden gebruikt. De pomp moet eens in de zoveel tijd worden bijgevuld. Deze behandeling wordt ook wel intrathecale baclofen behandeling genoemd, afgekort als ITB. Kinderen moeten minstens 4 jaar oud zijn om voor deze behandeling in aanmerking te komen. Intrathecale baclofen heeft ook effect op eventuele aanwezig dystonie.

Selectieve dorsale rhizotomie
Spasticiteit kan ook verminderen door middel van een operatie aan de zenuwen die uit het ruggenmerg komen. Deze operatie wordt selectieve dorsale rhizotomie genoemd. Deze behandeling wordt ook wel afgekort met de letters SDR.  Bij deze operatie wordt een deel van de gevoelszenuwen onder het ruggenmerg laag in de rug doorgeknipt. Het effect van deze behandeling houdt levenslang aan.  Kinderen moeten tussen de 4 en 10 jaar oud zijn om voor deze behandeling in aanmerking te komen. Voorwaarden voor deze ingreep zijn dat kinderen als gevolg van de spasticiteit problemen hebben met lopen en dat ze voldoende spierkracht in hun benen hebben. Ook mag er geen sprake zijn van dystonie. Doel van de behandeling is om te zorgen dat kinderen kunnen blijven lopen en dat er geen vergroeiingen van gewrichten ontstaan. Soms wordt deze behandeling ook toegepast bij kinderen met een ernstige vorm van spasticiteit die niet kunnen lopen, doel van de behandeling is dan om te zorgen voor meer comfort, minder pijnklachten en betere verzorgbaarheid.

Verlengen spieren en/of pezen
Het is ook mogelijk om spieren en/of pezen te verlengen door middel van een operatie. Deze operatie wordt uitgevoerd door een orthopeed. Het is ook mogelijk om tijdens een operatie de stand van bepaalde botten of gewrichten te veranderen zodat bewegen gemakkelijker wordt. Soms wordt er voor gekozen om bepaalde gewrichten vast te zetten.
Wanneer de operatie op meerdere plaatsen in het lichaam wordt uitgevoerd wordt gesproken van multi-level-chirurgie. Chrirugie aan de handen wordt vaak vanaf de leeftijd van 7 jaar overwogen, aan de benen vanaf de leeftijd van 10 jaar.

Selectieve neurotomie
Wanneer de spasticiteit in een deel van het lichaam sterk aanwezig is en niet in andere delen van het lichaam, dan kan er voor gekozen worden om een zenuw die de spieren aanstuurt waar spasticiteit in zit door te nemen.

Begeleiding
Een maatschappelijk werkende of psycholoog kan kind, ouders en gezin begeleiden hoe het hebben van spasticiteit een plaats te geven in het dagelijks leven.

Contact met andere ouders
Door het plaatsen van een oproep op het forum van deze site kunt u proberen in contact te komen met andere kinderen en hun ouders die last hebben van spasticiteit.

Wat betekent het hebben van een spasticiteit voor de toekomst?

Blijvend probleem
Spasticiteit is vaak een blijvend probleem. Met behandeling wordt geprobeerd om kinderen zo goed mogelijk te leren omgaan met de gevolgen van het hebben van spasticiteit.

Stabiel blijven of toenemen
Het hangt van de oorzaak van het ontstaan van de spasticiteit af of de klachten als gevolg van spasticiteit gelijk blijven of toenemen in de loop van de tijd.
Kinderen zijn nog in de groei en hun lichaam verandert voortdurend. Ook bij een aandoening die niet toeneemt in de loop van de tijd (zoals een cerebrale parese) kunnen de symptomen van spasticiteit door de groei veranderen.  

Levensverwachting
Spasticiteit heeft op zichzelf geen negatieve invloed op de levensverwachting. De onderliggende aandoening die de spasticiteit veroorzaakt kan wel van invloed zijn op de levensverwachting.

Kinderen krijgen
Het hebben van spasticiteit heeft op zich zelf geen invloed op de vruchtbaarheid. Volwassenen met een ernstige vorm van spasticiteit kunnen het beste bevallen onder leiding van een gynaecoloog. Het hangt van de oorzaak van het ontstaan van de spasticiteit af of deze kinderen een verhoogde kans hebben om zelf spasticiteit te krijgen.

Hebben broertjes en zusjes ook een vergrote kans om spasticiteit te krijgen?

Het zal van de oorzaak van de spasticiteit afhangen of broertjes en zusjes ook een verhoogde kans hebben om ook spasticiteit te krijgen. Wanneer er sprake is van een erfelijke aandoening hebben broertjes en zusjes vaak een verhoogde kans om zelf ook last van spasticiteit te krijgen. Een klinisch geneticus kan hier meer informatie over geven.

Wilt u dit document printen dan kunt u hier een pdf-versie downloaden.

Wilt u ook uw verhaal kwijt, dat kan: verhalen kunnen gemaild worden via info@kinderneurologie.eu en zullen daarna zo spoedig mogelijk op de site worden geplaatst. Voor meer informatie zie hier.

Heeft u foto's die bepaalde kenmerken van deze aandoening duidelijk maken en die hier op de website mogen worden geplaatst, dan vernemen wij dit graag.

Links

www.hersenstichting.nl
(stichting die bekendheid geeft aan verschillende hersenaandoeningen)

Referenties

  1. Botulinum Toxin Treatment of Spasticity in Adults and Children. Moeini-Naghani I, Hashemi-Zonouz T, Jabbari B. Semin Neurol. 2016;36:64-72.
  2. Selective dorsal rhizotomy: an old treatment re-emerging. Aquilina K, Graham D, Wimalasundera N. Arch Dis Child. 2015;100:798-802.
  3. An overview of drug therapies used in the treatment of dystonia and spasticity in children. Tickner N, Apps JR, Keady S, Sutcliffe AG. Arch Dis Child Educ Pract Ed. 2012;97:230-5
  4. Pharmacologic treatment of spasticity in children. Tilton A, Vargus-Adams J, Delgado MR. Semin Pediatr Neurol. 2010;17:261-7
  5. The Effect of Intrathecal Baclofen in Dyskinetic Cerebral Palsy: The IDYS Trial. Bonouvrié LA, Becher JG, Vles JSH, Vermeulen RJ, Buizer AI; IDYS Study Group. Ann Neurol. 2019;86:79-90.
  6. Effect of muscle strength training in children and adolescents with spastic cerebral palsy: A systematic review and meta-analysis. Merino-Andrés J, García de Mateos-López A, Damiano DL, Sánchez-Sierra A. Clin Rehabil. 2022;36:4-14

Laatst bijgewerkt: 6 juli 2022 voorheen: 3 april 2022, 22 december 2019 voorheen: 26 september 2018

Auteur: JH Schieving